maandag 24 februari 2014

Heer En Meester Van Het Zwembad


Bijzonder goede herinneringen bewaar ik aan ruziemaken in het zwembad. Bij ons in het dorp echt een vorm van vrijetijdsbesteding. Je ging gewoon heel lief zwemmen met je vriendinnetje of je zusje en je was nog geen twee keer de glijbaan afgeweest of je zag hem al. Paultje... Oeh… 'Poltje', zeiden wij. Met een langgerekte oh. We dachten ook oprecht dat je 'Poltje' moest schrijven. Poltje ownde het zwembad. Poltje woonde in het zwembad. Poltje was de dictator van het zwembad.

Als we net in het diepe waren, trots drijvend op ons schuimfoamerige vlot, dan kwam Poltje al naar ons toegezwommen. Meestal met in zijn kielzog een gehoorzaam vriendje. Het zinde Poltje, heer en meester van het hele bad, maar niks dat WIJ de drijvende plaat geërfd hadden van die vet grote kinderen van minstens elf die net het zwembad hadden verlaten. Het vlot behoorde hem toe, zo vond Poltje. Zo vond zijn vriendje heel toevallig ook. 

Je zou denken: wat is er nu zo bijzonder aan dat afgebrokkelde, putterige maanlandschap? Wat mot je met een vlotje? Maar het was een erekwestie voor Poltje. 
Dat te weten bracht het slechtste in ons naar boven. We gingen EXTRA leuk spelen op het vlot. We lachten en kirden en hadden tien keer zoveel plezier als wanneer Poltje en zijn naamloze kompaan er niet zouden zijn geweest. 

Als de zwembadmeester, die onafgebroken naar Poltje keek, even niet oplette, dan sprong Poltje op ons vlot. Hij maaide met zijn armen en schreeuwde bevelen naar zijn bibberige onderdaan. Nu begon de pret pas echt. Mijn zusje en ik krijsten als magere speenvarkens. Met tien vingers, tien tenen en ons hele gebit klemden we ons vast aan het vlot. Als Poltje ons met vlot en al omkeerde was het de sport om elke keer als klimop aan het vlot te blijven plakken. Poltje ergerde zich wild aan ons. Had hij een hand losgewurmd en begon hij een voet los te trekken, dan zat die hand al weer vast. Zijn knecht deed wat hij kon, maar er was geen beginnen aan. 
O, de overwinning, de euforie als die sterke Poltje en zijn slaafje weer afdropen! Onbetaalbaar! Dik tevreden klommen we dan van ons vlot om ons aan te kleden en welgemoed naar huis te gaan.

Ik ben niet direct trots op mijn verleden. Maar zwemmen is nooit meer zo leuk geweest als toen. Eerlijk is eerlijk. 









maandag 17 februari 2014

Lekker Tussen Leeuwen Slapen


Ik ben niet heel erg into kinderen bij je in bed nemen. Als ik 's nachts overvallen word door een frommel die bij me in bed kruipt, leg ik haar meestal na vijf minuten weer terug. Hoppa. Regels! Mijn bed is van mij. Dat van die vijf minuutjes is trouwens mijn streven, hoor. Soms val ik heel per ongeluk in slaap en dan kan het ook wel een half uurtje worden. Of een uurtje. Of twee.

Maar goed. Regels. Ik heb een bed voor ze gekocht, daar moeten ze dus ook in liggen. Deze nacht kreeg ik weer eens bezoek. Het was Snaakje, die ik na vijf minuten terug stopte in haar eigen bed. 's Ochtends om zeven uur vond ik haar tot mijn verbazing toch weer in mijn bed. Deze keer was Snaakje er heel heel heel voorzichtig en zachtjes bij gekropen en had ze daarmee weten te voorkomen dat ik het merkte. Heel slim. Ik keek naar haar snoezige wangetjes en gunde het haar ook wel een keertje. Lekker in het grote bed. Eigenlijk ben ik best een lieve moeder hoor. Met een glimlach keek ik naar haar terwijl ze wakker werd. Uitzonderingen bevestigen de regel, murmelde ik tegen mezelf.

"Waarom kwam je vannacht bij mij in bed?" vroeg ik lief. 
"Ik schrikte voor een leeuw." antwoordde ze. "Dus ik taat in mama se bedje." 
Ik knuffelde haar. Tevreden dat ik ondanks mijn principes vannacht toch een veilig baken  voor haar had kunnen zijn. Alleen toen praatte ze verder. Met boze wenkbrauwtjes en een strenge blik. 

"Maar ik tinnet NIET fijn, mama! Jij doet SNURFEN. Zo: ppfffff hiiiiiii pffffff hiiiiii pffff hiiii. In mij oor. Dat tinnik NIET fijn." 

Pardon!? Ik had direct een speech klaar getiteld 'Ondankbaarheid' waarin een heel stuk was gewijd aan 'ho eens even anders ga je lekker tussen die leeuwen slapen'. Tssss! Maar ik kreeg de kans niet. Snaakje klaagde al weer verder. 

"En jouw haartjes! Die tinnik OOK niet fijn. FLAPS jouw haartjes op mij, FLAPS jouw haartjes op papa. Op mijn 'ezicht. Dat tinnik HEEL tevelend."  

Echt hoor. Kinderen in je bed. Ik zeg: niet doen. 







maandag 10 februari 2014

Hypermoderne Pindakaas Voor Chagrijnige Koolmezen


Ik zal nou niet van mezelf zeggen dat ik de grootste dierenliefhebber van allemaal ben, maar ik heb wel een hart. Ja. Ik zag een keer in Frankrijk, in de zomervakantie, in een zwarte auto, bij 35 graden, een zwetende hond die tegen het kookpunt aanzat. Dan stamp ik dus wel het winkelcentrum in met "Hee! Un Chien! Buiten. Mort! Hot! Cooking! Zielig!" Ik bedoel maar.

En als het winter wordt en ik zie gewoon dat er aan de struiken steeds minder besjes zitten, dan maak ik me ook direct zorgen om de vogeltjes in de tuin. Vorig jaar strooide ik daarom zaadjes op de grond, maar daar waren vooral de drie muisjes heel blij mee. En daarna de zes muisjes. En de week erna de vierentwintig muisjes.

Ik werd daarom de trotse eigenaar van een pindakaaspotjesvogelhuisje. Je weet wel. Daar stopte ik een pot lekkere pindakaas in. Met nootjes. Gewoon het merk dat ik zelf ook altijd het lekkerst vind. Ik gun dat die musjes en meesjes, weet je. Ook omdat zij in de zomer altijd zo leuk voor me twieten enzo. Goed. Pindakaas dus. Het zat er nog geen uur in, of daar kwam de eerste koolmees. Hij stopte zijn hele hoofd in die pot, at tot hij niet meer kon en vloog weg om het aan zijn familie te vertellen. Daarna kwam er nog een koolmeesje en twee dagen later was de pot leeg. Ik stopte er maar weer een nieuwe in. Een goedkopere deze keer. Ik blijf niet bezig. Ook die was in twee, drie dagen helemaal schoongepikt.

Maar toen kreeg ik van een ECHTE dierenvriendin een snoeiduur potje pindakaas. Op het etiket stond: "Sommige mensen geven hun tuinvogels gewone pindakaas. We weten allemaal dat dat megaslecht is voor hun cholesterol, hun vaten, hart en nieren, hun stoelgang EN dat sommige er Alzheimer van kunnen krijgen op latere leeftijd. Dit omdat er VEELSTE veel vet en al helemaal veelste veel zout in zit. Och, och, wat slecht en we zijn erg blij dat u tenminste ecologische, biologische, glutenvrije, coeliakieproof, groene, op een fiets vervoerde pindakaas heeft gekocht voor uw tuinvogels."

Ik voelde me een beetje aangevallen. Ik deed de pot schuldbewust in het pindakaaspotjesvogelhuisje. Er kwam een koolmees. Hij rook eraan, haalde zijn snavel op, scheet op de grond en vloog weer weg. Daarna is er nog twee keer een vogel langs gekomen. De eerste keek gekwetst, de tweede keek ronduit pissig. Daarna werd het heel, heel stil in mijn tuin. Geen getwiet meer voor mij. Die pindakaas hangt er nu al vier weken.

Morgen koop ik kleddervette, snoeizoute pindakaas, want ik ben een echte dierenvriend.


dinsdag 4 februari 2014

Behangkrassen en Haarknippen

Er zijn van die ongelukjes waar je je als moeder niet op KUNT voorbereiden omdat ze daar te idioot voor zijn. Dat vind ik toch spijtig, omdat je zo je best doet als moeder. Je kinderen blijken dan toch raarder te zijn dan je ooit had kunnen bedenken. Er zijn gelukkig ook genoeg ongelukjes waarvan je van te voren wel weet dat ze zullen komen. Een lijstje:

1. Behangscheuren
    Standaard ongeluk, gebeurt elke moeder. De vraag is niet of het gebeurt, maar    
    wanneer.

2. Behangkrassen en meubilairtekenen
    Ook standaard. De vraag is weer niet of, maar in dit geval 'wat'. Wat wordt er 
    getekend? Iets heel raars of gewoon een paar goedgemikte krassen? Of, zoals 
    Snipje op de camping deed, een groot hart op het tentdoek. Midden boven de 
    kussens van papa en mama. Heel lief eigenlijk.

4. Haarknippen.
    Vrijwel nooit gewoon poppenhaar, met een beetje geluk het eigen haar, maar over 
    het algemeen het lange, prachtige haar van dat meisje ook al gebeten was door jouw 
    snoesje.

Tot zover het lijstje. Bovenstaande valt allemaal nog onder het kopje 'Normaal'. Dan heb je ook nog het kopje 'Snipje en Snaakje'. Ik noem niet de hele lijst onder dit kopje, maar een puntje is bijvoorbeeld dat ik Snaakje een tijdje geleden krijsend aantrof met haar roodaangelopen hoofd klem in zo'n klein, plastic wc-bril verkleinertje. Dan kun je misschien denken 'Wat zoek je daar, met je hoofd door een pleebril heen?' Nou niks. 'Gewoon'.

Goed, dan bedenk je bij jezelf: 'Daar moet ik dus OOK op gaan letten' en de volgende dag hoor je weer een hels gekrijs van boven. Blijkt dat Snaakje haar BUIK TUSSEN DE PLEE heeft gekregen. Wat? Ja. Haar buik tussen de plee. Ze stond voor de wc, haar bolle buikje over de rand en toen klapte Snipje de wc-bril naar beneden. Buik tussen de wc. Dus.

Ik denk dat je als moeder nooit bent uitgeleerd.